Wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd...
Macrofotografie is een interessante manier om kleine dingen in beeld te brengen. Je hoeft er niet ver voor weg, maar je kunt veel objecten dicht in de buurt vinden. In de meeste gevallen moet je er wel wat extra spullen voor hebben. Dat kan natuurlijk een dure macrolens zijn, maar vaak geven wat extra voorzetlenzen ook al een aardig effect.
Er zijn twee zaken lastig aan macrofotografie:
- Scherptediepte
Doordat alles ver wordt vergroot betekent dat automatisch dat je scherptediepte erg klein wordt. Het is dus lastig scherp stellen en de kans op onscherpte is dus groot. Je kunt dit verhelpen door een klein diafragma (bijvoorbeeld F22) in te stellen. Dit leidt echter tot het verergeren van het tweede lastige onderwerp. - Hoeveelheid licht.
Doordat je ver inzoomt op je onderwerp is het vlak dat je feitelijk fotografeert klein en dat betekent dat je camera weinig licht binnen krijgt. Dit kun je verhelpen door in de zon te fotograferen, een felle lamp of flitser te gebruiken of een lange sluitertijd te kiezen. Deze laatste optie is alleen aan de orde als je stilstaande objecten hebt.